Tandziekte bij konijnen
Konijnen hebben tegenwoordig vaak last van gebitsproblemen die de eigenaar niet altijd direct herkent. Lees waar u op moet letten en wat u moet doen als u ziek wordt.
Voedselopname bij konijnen is belangrijk voor een gezonde stofwisseling. Want de schattige vleermuizen met lange oren hebben een heel ingewikkeld spijsverteringsstelsel dat alleen goed werkt als er constant voedsel naar binnen wordt geduwd. Dit vraagt op zijn beurt om een intact gebit. In tegenstelling tot honden en katten, blijven konijnentanden hun hele leven groeien en worden ze versleten door te knagen en te kauwen. Soms zijn er echter ook scheefstaande tanden, die vaak alleen de snijtanden aantasten, maar soms ook de kiezen. In dit artikel leert u hoe u gebitsproblemen in uw snuffelneuzen kunt herkennen en welke maatregelen daarvoor nodig zijn.
Hoeveel tanden hebben konijnen?
Konijnentanden hebben een speciale structuur in het dierenrijk. Ze hebben slechts twee frontaal zichtbare snijtanden in de boven- en onderkaak. Ze zijn verantwoordelijk voor het knagen en het grof pletten van voedsel. Direct daarachter bevinden zich twee kleine tandjes in de bovenkaak. De kiezen zitten erg ver naar achteren in de mond en vermalen het voedsel tot chymus. Ze bestaan uit vijf tanden in de onderkaak en zes tanden in de bovenkaak aan elke kant, zodat elk gezond konijn in totaal 28 tanden heeft. Tanden groeien voortdurend terug en moeten dienovereenkomstig kunnen verslijten.
Terwijl de kiezen van de boven- en onderkaak elkaar meestal precies ontmoeten, zijn de snijtanden van konijnen zo ontworpen dat ze elkaar enigszins overlappen. De slagtanden van de bovenkaak liggen iets voor die van de onderkaak. Hierdoor kunnen de hazen groenten, hout en andere harde voorwerpen optimaal knagen en pletten. Daarom moet je je konijnen altijd iets aanbieden om aan te knabbelen en aan te knagen. Dit kunnen bijvoorbeeld knabbelsticks zijn van speciaalzaken. Ook verschillende houtsoorten, zoals takken van fruitbomen, zijn geschikt.
Identificeer tandziekte
Zoals gebruikelijk is bij de meeste prooidieren, komen ziekten vaak voor bij konijnen, die niet altijd direct duidelijk zijn. In dit gedrag volgen de munchers hun aangeboren instinct en willen ze geen zwakte tonen tegenover hun vijanden. Als de eigenaar van het dier inziet dat er iets mis is, is de ziekte meestal al vrij ver gevorderd. Controleer daarom ongeveer één keer per maand het gebit van uw konijn. Met de snijtanden is het nog relatief eenvoudig. Je kunt in hun mond kijken door hun boven- en onderkaak voorzichtig uit elkaar te duwen met de duim en wijsvinger van beide handen. Dit zal onthullen de slagtanden, die licht gestapeld zijn en intact moeten lijken. Ze moeten recht zijn en niet te lang. De meeste konijnen houden niet van dit korte onderzoek en zullen terugvechten. Een tweede persoon om aan vast te houden is dus een voordeel. Soms heb je geluk en kun je je konijnen zien gapen. Ze laten meestal hun tanden zien.
Het wordt moeilijk met de kiezen en de achterkant van de snijtanden. Om de rijen tanden te kunnen bekijken, heb je speciale instrumenten nodig, zoals die van de dierenarts, die ze dan ook goed weet te gebruiken zonder het konijn te verwonden. Daarom is het een goed idee om bij elk bezoek aan de dierenarts het gebit van uw hond te laten controleren. Thuis dient u uw grootoorvleermuizen te observeren in hun eetgedrag en te kijken of ze een normale voeropname vertonen.
Tekenen van gebitsproblemen bij konijnen
Een duidelijk teken van gebitsproblemen is een voerbak die niet leeg raakt ondanks dat de konijnen er constant hun kop in steken. Ze scharrelen dan rond in de kom en van buiten lijkt het alsof ze aan het eten zijn. In feite eten ze niet, ze duwen de brokken voedsel gewoon voor zich uit. Er is bijna altijd een verkeerde uitlijning van de snijtanden die al dramatisch is gevorderd. Doordat de snijtanden niet meer in een optimale hoek staan, kunnen ze bij het knagen niet meer goed afslijpen en ongecontroleerd langs elkaar groeien - hoog tijd om direct naar de dierenarts te gaan!
Tanden die te zien zijn wanneer de mond gesloten is, zien er misschien raar uit. Ze zijn echter een teken van ernstige tandvleesaandoeningen en kunnen ernstige problemen veroorzaken. Als er problemen zijn met de kiezen, kan de diereigenaar soms een verandering in het kauwgedrag waarnemen, waarbij een ziek konijn vaak zijn bek opent of meer kwijlt. Molaren ontwikkelen vaak scherpe randen die de tong en het tandvlees beschadigen of ze kantelen naar de zijkant. Neusafscheiding kan ook een teken zijn van gebitsproblemen. Ook zwelling in het hoofdgebied.
Bij gebitsproblemen is er dringend actie nodig!
Hoe ziet de behandeling eruit?
Of het nu gaat om een verkeerde uitlijning van de snijtanden of kiezen, de behandeling kan alleen worden uitgevoerd door een dierenarts. Met speciale instrumenten maalt de dierenarts bramen en oneffenheden van de kiezen weg, zodat het konijn geen pijn meer voelt bij het kauwen. Indien nodig worden snijtanden ingekort met een snijschijf zodat voedselopname weer mogelijk is. Te lange tanden mogen nooit zomaar met een tang worden ingekort! De gevoelige tandhalzen kunnen versplinteren en de weg vrijmaken voor ontstekingen.
Sommige konijnen zijn zo defensief dat behandeling alleen onder narcose mogelijk is. Dit dient altijd met de dierenarts te worden besproken. Als een konijn gebitsproblemen krijgt, is de kans groot dat het herhaalde behandelingen nodig heeft. Verwacht uw dierenarts elke 3 tot 18 weken te zien, afhankelijk van de ernst van het probleem. In zeldzame gevallen kan het zelfs raadzaam zijn om de snijtanden volledig te verwijderen of een kies te trekken. In dergelijke gevallen kan het zijn dat de voeding moet worden aangepast als de functie van het gebit beperkt is.
Hoe kunnen verkeerd uitgelijnde tanden ontstaan?
Veel tandafwijkingen worden veroorzaakt door aangeboren afwijkingen. Als u konijnen van een fokker wilt kopen, moet u altijd goed naar de ouderdieren kijken. Tandafwijkingen zijn vaak niet herkenbaar bij jonge dieren.
Daarnaast kan een voor de soort niet passende voeding ook leiden tot gebitsproblemen. Konijnen hebben vooral vers hooi van hoge kwaliteit nodig uit speciaalzaken, wat de natuurlijke tandslijtage bevordert. Deze moet altijd beschikbaar zijn! Ook verse groenten uit de tuin of knapperige groenten en hardhout zorgen voor knabbelplezier en tandverzorging. Voedsel en lekkernijen moeten ook worden afgestemd op de behoeften van konijnen.
Conclusie:
Konijnentanden blijven groeien. Om ze goed te kunnen verslijten, hebben uw langoorkatten altijd goed hooi en soortspecifiek voer nodig. Gebitsproblemen moeten altijd direct worden behandeld, zodat ernstige gezondheidsschade kan worden voorkomen.